Net 16 was ik, toen ik bij een klasgenootje bleef slapen om de volgende ochtend vanaf 05.00u voor het postkantoor te gaan liggen (ja, ik ben nog van die generatie dat de digitale wachtrij nog niet bestond). Of nou ja slapen, dat kwam er niet echt van. Na de hele avond zijn reguliere repertoire te hebben meegeblèrd, leerden we op een gegeven moment zelfs de Franse versie van Supreme uit ons hoofd. Zo’n nachtelijke sessie doet blijkbaar veel met je brein, want tot op de dag van vandaag – 17 jaar later – zing ik die versie nog steeds mee.
Het was de eerste, maar absoluut niet de laatste keer dat ik Robbie live mocht aanschouwen. Van Amsterdam tot Landgraaf en van solo tot vergezeld door zijn (comeback met) Take That (of nou ja, laten we eerlijk zijn: dat was eigenlijk ook meer een solo-show en ik had daar helemaal geen problemen mee): als Robbie in Nederland was, was ik erbij. Afijn, je snapt dat ik op woensdag 8 november jl. helemaal klaar zat voor de Netflix documentaire van Robbie Williams. En die keek ik niet alleen als grote fan, maar óók vanuit een Human Design perspectief (met zelfs een vleugje Astrocartography). In dit artikel neem ik je via verschillende fragmenten uit de documentaire mee in zijn design.
“Angst. Schaamte. Pijn. Het hele scala van menselijke emoties”. Het is een van de eerste zinnen die we Rob horen zeggen in zijn docu.
Robbie is een 1/3 emotionele projector en heeft daarmee een gedefinieerd emotioneel center. Dit center draait om emotioneel bewustzijn en gevoelens. Met een gedefinieerd emotioneel center is Robbie iemand die emotionele diepgang kan ervaren. Zijn emoties zijn continu in beweging van hoogte- naar dieptepunten. Hij beweegt van blijdschap naar verdriet, van hoop naar wanhoop en terug. Dit is een chemisch proces, waar niet altijd een duidelijke verklaring voor is.
Het ervaren van het volledige scala aan menselijke emoties is een natuurlijk onderdeel van het hebben van een gedefinieerd emotioneel center. Het kan voelen alsof je op een emotionele achtbaan zit, met hoogte- en dieptepunten die komen en gaan.
Het ervaren van deze emoties is volkomen normaal. In plaats van ze te proberen onderdrukken of te verklaren, is het nuttiger om ze te observeren en te accepteren als onderdeel van wie je bent. Helaas is onderdrukken precies wat Robbie deed door verschillende verslavingen. Nadat hij net Take That had verlaten zei hij het volgende: “Ik verhuisde als beroemde 21-jarige naar Londen en ging constant naar feestjes. Ik raakte veel dagen kwijt aan katers”.
Op het moment dat zijn solocarrière van de grond komt (en hij volledig is afgekickt), wordt hij dan ook snel weer angstig en raakt hij in een depressie (sidenote: hij heeft 8 van de 22 gates of melancholy, ook wel aangeduid als gates of depression, geactiveerd in zijn chart): “Ik weet niet. Het wordt me allemaal te veel. Zeker omdat ik weer heel beroemd word en niet weet wie ik kan vertrouwen. Ik ben bang. Voorheen dronk ik en nam ik drugs, omdat ik me dan niet zo voelde”.
“Ik sta versteld van wat me overkomen is, maar het verleden heeft me in de houdgreep”, horen we hem, terug in het begin van de documentaire, zeggen. Op drie plekken in onze chart kunnen we angsten vinden: in het ajna center, het spleen center en het emotionele center (de drie bewustzijn centra).
Robbie heeft ook 8 van de 20 poorten geactiveerd waar angsten aan te koppelen zijn, waaronder poort 44. Deze poort is sterk verbonden met het verleden en kan in de schaduw leiden tot het gevoel vast te zitten in het verleden.
Je kunt met deze poort worstelen met het loslaten van oude patronen, herinneringen of ervaringen. Je kunt merken dat je dezelfde fouten herhaalt en continu de angst hebben dát negatieve gebeurtenissen uit het verleden zich zullen herhalen.
Poort 44 is echter geen gevangenis, maar een leraar. De energie uit deze poort kan je helpen om de lessen uit het verleden te begrijpen en integreren. En dat is precies wat Robbie met deze documentaire, door het zelf terugkijken naar alle footage, doet.
Grotendeels vanuit bed weliswaar, want naar eigen zeggen is hij “een echte kluizenaar. Buiten het optreden, lig ik in bed”. Nu koppelen we binnen human design het woord ‘kluizenaar’ al heel snel aan het hebben van een 2e profiellijn, maar bij Robbie met zijn 1/3 profiel kunnen we dit eerder koppelen aan het zijn van een projector: iets wat je op het eerste gezicht bij deze born entertainer misschien niet zou zeggen.
De kans om zich als projector te gedragen, kreeg hij ook lange tijd niet. De documentaire neemt ons mee terug naar 1993, toen de destijds 19-jarige Rob groot succes had met Take That. “De werklast was meedogenloos. We doen dit. Dan gaan we daarheen. We hadden nog geen 5 minuten rust. Ik begon na te denken over wat er gebeurde. Te veel interviews, te veel optredens, veel landen bezoeken en dat op herhaling”.
Als projector heeft Robbie geen gedefinieerd sacraal center. Hij heeft hierdoor geen consistente toegang tot de go, go, go energie uit dit center. Als projectors op jonge leeftijd te veel of hard werken in deze wereld die is gericht op generators, kunnen ze hun energie uitputten en hun gezondheid in gevaar brengen. Dit kan leiden tot een burn-out, chronische vermoeidheid en andere gezondheidsproblemen. Het is daarom belangrijk dat projectors leren hun energie te beheren en voldoende rust te nemen.
Projectors hebben ook tijd nodig om de energie van anderen los te laten. Omdat ze zo gevoelig zijn voor de energie van anderen, ze deze overnemen en uitvergroten, hebben ze tijd alleen nodig om deze energieën los te laten en hun eigen energieveld te zuiveren. Voor beide had Robbie in die tijd geen kans.
Robbie kampte echter met meer problemen binnen Take That. Het management richtte zich namelijk vooral op Gary Barlow. “Alles was op hem afgestemd. Als jonge kerel was ik daar jaloers op. Ik verfoeide hem vreselijk”.
Robbie heeft een volledig open ego center en een ongedefinieerd G center. Hij kan zich hierdoor vaak onzeker voelen over zijn eigen identiteit en waarde. In de schaduw kan hij zichzelf vergelijken met anderen en gevoelig zijn voor de invloed van anderen. Dit kan weer leiden tot gevoelens van jaloezie, vooral als ze zien dat een ander meer aandacht of erkenning krijgt.
Erkenning, wat voor Robbie als projector toch al zo ontzettend belangrijk is. Erkenning en waardering zijn cruciaal voor projectors. Zonder erkenning kunnen projectors zich onzichtbaar, onbegrepen of ondergewaardeerd voelen, wat weer kan leiden tot bitterheid.
Gary is daarentegen een generator, met een open en omarmend aura dat anderen aantrekt. Dit komt door de sacrale energie van generators die anderen energie geeft. Gary kan hierdoor automatisch meer aandacht naar zich toetrekken.
Als we kijken naar de connection chart tussen Robbie en Gary zien we nog wat verklaringen voor Robbie’s gevoel tegenover Gary, op wie alles werd afgestemd.
Robbie activeert poort 15 in zijn chart. Poort 15 is de poort van extremen, openstaan voor de diversiteit van het leven. Gary daarentegen heeft de tegenovergestelde poort geactiveerd: poort 5. Dit is de poort van ritme. Van vaste patronen en gewoonte. Hij zal altijd het ritme bepalen.
In volgende artikelen zal ik observaties over de overige afleveringen uit deze documentaire delen.
Met deze blogartikelen wil ik Human Design praktischer en levendiger voor je maken. Deze content dient voor informatieve, educationele en entertainment doeleinden. Hoewel deze analyses worden uitgevoerd door een Human Design coach, kun je deze artikelen niet beschouwen als persoonlijk consult.
Meer weten over de schrijfster? Je volgt me (6/2 emotionele generator) op @hd.areagris. Via een DM naar dat kanaal of een mailtje naar hd@areagris.nl kun je contact met me opnemen.